Inspiratie tip: abstracte fotografie
Iedereen loopt weleens tegen een muur aan wat inspiratie betreft: je ziet het gewoon even niet meer. Had je al eens aan abstracte fotografie gedacht?
Abstractie is een term die vooral bekend is uit de schilderkunst, denk Mondriaan en Picasso. Je kent ze wel, het soort schilderijen waarvan je je afvraagt of het niet vergelijkbaar is met werken uit jouw eigen kindertijd. Hoe kun je dit dan toepassen in je fotografie?
Wat is abstracte fotografie?
Het woord abstract komt van abstraheren, oftewel weglaten. Dat betekent dat je de context weglaat, waardoor niet (meteen) duidelijk is wat er te zien is. Je maakt geen gebruik van realisme, maar stelt iets anders centraal. Een vorm of textuur, of een beweging bijvoorbeeld. Je hoeft niet meer te zien ‘wat het is’. Maar wat kies je voor abstracte fotografie en hoe pak je dat aan? Hoe vind je het?
Abstracte fotografie door vormen en textuur
Loop eens door je huis en eventueel je tuin en kijk eens met andere ogen om je heen. Bekijk de voorwerpen niet zoals ze zijn, waar ze voor bedoeld zijn, maar als vorm. Een theepot is ineens een interessant object. Of een bloem! Fotografeer die vormen eens. Experimenteer met licht om de vorm, of de textuur, beter tot z’n recht te laten komen. Als je daarbij niet meer ziet wat het onderwerp is, maakt dat niet uit. Dat is juist abstractie. Je kunt ook door iets heen fotograferen. Beslagen glazen, ronde vormen, een sinaasappelnetje, vaseline, je kunt allerlei voorwerpen voor je lens houden of erop smeren om een surrealistisch effect te maken. Zoek naar contouren en vormen die niet meer herkenbaar zijn maar wel een bijzonder effect geven.
Abstractie in beweging
Abstracte fotografie is bijvoorbeeld te vinden in beweging. Dat kan van het onderwerp zijn, of van de camera. Zet je sluitertijd eens op lekker lang en beweeg je camera terwijl je een foto maakt. Een beetje als pannen, maar dan niet met een onderwerp mee. Maak verschillende bewegingen met je camera en kijk wat mooi is bij verschillende onderwerpen. Langwerpige voorwerpen kunnen bijvoorbeeld mooi zijn als je ‘over ze heen’ beweegt, maar misschien is zigzaggen juist ook leuk. Zoek naar onderwerpen in de schaduw, want door de langere sluitertijd kun je sneller overbelichte foto’s maken. Beweging kan ook in het onderwerp zelf zitten. Een hard langsrijdende trein met een kleurrijke reclame op de zijkant kan een toffe, abstracte foto opleveren.
Ga macro
Bij macro vergroot je iets meestal enorm uit. Ga nog eens dichterbij en zoek naar de textuur van je onderwerp. Hierbij laat je totaal los dat je een ‘overzicht’ moet houden. Het is immers juist de bedoeling dat je niet meer weet waar je naar kijkt. Dus ga nog dichterbij en richt je op kleurverschillen. Zoek naar onderwerpen die niet voor de hand liggen, zoals de vleugel van een vlieg. De textuur hiervan is prachtig, maar een kijker zal geen idee hebben waar hij naar kijkt omdat elke referentie weg is.
Reflecties en onscherpte
In plaats van een foto van het onderwerp direct te maken, kun je eens kijken of je ergens een reflectie kunt vinden. In een plas of een raam bijvoorbeeld. De vervorming die je wellicht tegenkomt is juist interessant als abstractie. Ook onscherpte kan te gek zijn, omdat dit vooral de contouren benadrukt. Je kunt dit doen door op handmatig scherpstellen over te schakelen en gewoon aan je scherpstelring te draaien tot je het gewenste resultaat hebt. Over het algemeen werken dit soort abstracte foto’s goed bij een sterk contrast. Je kunt dit natuurlijk ook in de nabewerking doen, met een filter om te vervagen.
Probeer een resultaat te krijgen dat nog steeds prettig wegkijkt, dat volgens jou ‘mooi’ is. Je kunt helemaal losgaan, maar het beeld moet interessant zijn. Goede abstracte fotografie geeft rust en een prettig geheel. Je blijft er als het ware naar kijken. Dat lukt vaak niet ineens, je moet er voor oefenen. En, net als de schilders, moet je basis goed zijn voordat je abstractie naar eigen wens en inzicht kunt maken.