Drie tips voor kattenfotografie
Fotografeer de kat in zijn eigen territorium
Vaak zal dit je woonkamer zijn. Als je kat regelmatig naar buiten gaat is de tuin ook een optie. Een huiselijke omgeving is een prima achtergrond en daglicht zal voor mooi natuurlijk licht zorgen. Katten doen graag waar ze zelf zin in hebben, dus om meteen een studiosetting in te duiken is niet aan te raden.
Foto © Grazina Stravinskaite
Je camera instellen
Dieren bewegen snel, vooral katten! Zorg dat je fotografeert met een camera die je goed kent, zodat je eventueel snel kunt wisselen van instellingen. Doordat dieren zo snel bewegen is het handig om voor een korte sluitertijd te gaan, zo kun je een moment als het ware 'bevriezen'. Voor een onscherpe achtergrond ga je voor een groot diafragma (een klein getal dus, bijvoorbeeld f/2.8).
Foto © Gilbert de Bruijn
Blijf rustig
Beweeg niet te snel en maak geen onverwachts geluid. Hierdoor kan je kat schrikken en dus een mooie compositie verpesten. Overdreven met je vingers knippen, roepen of fluiten werkt vaak juist averechts. Soms heeft je kat er ook gewoon even geen zin in. Op zo'n moment is het verstandig om de camera even weg te leggen en het later nog eens te proberen.
Foto © M. Sijbrandij