De waarheid over conflictdiamanten in beeld

Redactie digifoto Starter 126

Diamanten lijken onschuldig en mooi. Maar fotojournalist Kadir van Lohuizen ontdekte dat sommige stenen een duistere herkomst hebben. Hij legde dat vast in zijn project Diamond Matters.

Diamanten staan vaak symbool voor liefde, luxe en eeuwigheid. Toch hebben sommige van deze glinsterende stenen een bloederige geschiedenis. In landen als Angola, Congo en Sierra Leone werden diamanten gebruikt om oorlogen te financieren. Deze 'bloeddiamanten' komen uit conflictgebieden en worden vaak verhandeld zonder dat we weten waar ze vandaan komen.

Fotojournalist Kadir van Lohuizen besloot om dit verborgen verhaal zichtbaar te maken. Met zijn project Diamond Matters reisde hij naar gevaarlijke mijngebieden en volgde hij de route van de diamant – van ruwe vondst tot juweliersvitrine.

Kadir van Lohuizen

 

Een jonge fotograaf met een kast als doka

Kadir werd geboren in Utrecht. Zijn ouders werkten in de kunst en stedenbouw, en stimuleerden zijn nieuwsgierigheid. Op school raakte hij gefascineerd door fotografie. ‘Ik had er zelf een gebouwd in de kast van mijn ouders en leerde ontwikkelen en afdrukken.’ Hoewel hij werd afgewezen bij meerdere foto-opleidingen, vond hij zijn passie terug tijdens een reis door China in 1985: 'Ik had een oude Nikon F2 - een baksteen - en daar begreep ik pas echt de macht van de camera. Ik ontdekte dat je met beelden verhalen kunt vertellen. Achteraf gezien was die afwijzing dus misschien wel een blessing in disguise, anders had ik nooit gedaan wat ik nu doe.’

Waarom hij conflictdiamanten ging volgen

Vanuit zijn betrokkenheid bij maatschappelijke thema’s begon Kadir in de jaren ’90 te reizen naar conflictgebieden. In Angola ontdekte hij dat diamanten werden gebruikt om oorlogen te financieren. 'De opbrengsten van de diamanten gingen direct naar de strijdende partijen. De mijnwerkers zelf wisten nauwelijks wat hun vondsten waard waren. In feite hielden wij in het Westen die conflicten in stand, omdat wij de afnemers waren.'

Omdat het onderwerp nauwelijks aandacht kreeg in het nieuws, voelde Kadir zich verantwoordelijk om het zichtbaar te maken.

Kadir van Lohuizen

Reizen door gevaarlijke gebieden – met camera in de hand

Kadir reisde onder meer naar Angola, Congo en Sierra Leone. Het was gevaarlijk werk, vertelt hij: 'Anarchie vierde hoogtij in die gebieden. Mijn voordeel was dat ik er al eerder was geweest en een netwerk had. Maar het bleef risicovol. Vooral in Sierra Leone was het bloedlink. De rebellen van het Revolutionary United Front waren wreed; ze hakten ledematen af puur om angst te zaaien en moordden hele dorpen uit. Achteraf besef ik dat ik sommige risico’s beter niet had kunnen nemen, het had heel slecht kunnen aflopen.’

Omdat er veel lokale talen gesproken worden, schakelde hij gidsen in: 'In Angola is Portugees de officiële taal, in Congo Frans, maar in de mijngebieden spreken mensen vooral lokale talen. Zonder een gids verstond ik niemand en zij mij ook niet.'

Werken in de mijn: kort en gevaarlijk contact

De mijnwerkers werkten vaak onder erbarmelijke omstandigheden. Ze kregen nauwelijks geld voor hun vondsten. Kadir kreeg amper de kans om ze goed te spreken:‘Mijn droom was om een week bij de mijnwerkers door te brengen, maar ik had geluk als ik iemand tien minuten kon spreken.' 'Ze kregen meestal geen loon, maar werkten voor eten. In theorie zouden ze delen in de opbrengst van een diamant, maar de waarde werd expres laag gehouden. Zelfs bij een kostbare vondst kreeg een arbeider misschien hooguit een dollar.'

Kadir van Lohuizen

De reis van een diamant

Kadir volgde de diamanten tot aan de internationale handel:

'Na de mijn komt de middle man, die de diamanten opkoopt voor grotere bedrijven, dan worden ze verhandeld in provinciehoofdsteden, daarna in de nationale hoofdsteden, en uiteindelijk worden ze geëxporteerd,’ legt hij uit.

‘Vervolgens ging er veel naar Antwerpen. Waar vroeger altijd net als in Amsterdam de diamanten werden gepolijst en geslepen. In die tijd gebeurde dat eigenlijk niet meer dus ze kwamen alleen nog naar Antwerpen omdat daar de handel zat in de financiële sector. Voor het slijpen en het polijsten ging het overgrote deel naar India.’

Niet iedereen wilde meewerken

Kadir probeerde ook toegang te krijgen tot bedrijven in de diamantindustrie, maar dat bleek moeilijk: ‘Bedrijven zeiden vaak dat ze niets te verbergen hadden, maar toch bleven de deuren negen van de tien keer gesloten.’

Hij stuitte zelfs op censuur:

‘In Frankrijk zou Diamond Matters in Geo verschijnen. De publicatie werd een week voordat het naar de drukker zou gaan, stopgezet, omdat Geo gewaarschuwd was dat er een rechtszaak zou komen als ze het zouden publiceren. Ik had toestemming gekregen van Harry Winston, een van de meest prestigieuze juweliers ter wereld, om in hun zaak te fotograferen. Maar plots werd geëist dat ook de CEO in Beverly Hills akkoord zou gaan. Ik dacht meteen: dit gaat niet lukken, want zo maak je alleen maar slapende honden wakker. Tot mijn verbazing stemde hij toe! Daardoor kon de publicatie gewoon doorgaan. Het was een waardevolle les: eerlijkheid duurt het langst.’

Kadir van Lohuizen

Heeft het iets veranderd?

Na publicatie kreeg het onderwerp bloeddiamanten meer aandacht, zeker na de film Blood Diamond in 2006. Ook kwam er het Kimberley Process – een certificering die conflictdiamanten uit de handel moest houden.

Maar volgens Kadir werkt dat systeem niet goed genoeg: ‘Een mooie ontwikkeling, maar is dat systeem niet altijd waterdicht,’ bekent hij. ‘Diamanten worden vaak heen en weer gesleept en de certificering wordt aan een hele badge gegeven, niet per diamant. Ga nu maar eens naar een juwelier en vraag waar een diamant vandaan komt - negen van de tien keer weten ze het niet.’

‘Na mijn serie heb ik van een aantal mensen gehoord dat ze geen diamanten ringen meer hebben gekocht, dus wellicht heeft het iets veranderd op individueel niveau, maar als je nu naar de diamantgebieden in Angola gaat, is het niet veel beter dan toen. De verschrikkelijke werkomstandigheden en de uitbuiting zijn vandaag de dag nog steeds harde realiteit.’

Kadir van Lohuizen

Nieuw project: waar komt ons eten vandaan?

In 2024 bracht Kadir het project Food for Thought uit, over voedselproductie. Hij werkte er drie jaar aan, volledig zelfstandig: ‘Met alle boerenprotesten en wantrouwen in de sector dachten veel mensen dat ik hen in een kwaad daglicht wilde zetten,’ vertelt hij. ‘Maar ik wilde gewoon eerlijk laten zien waar ons eten vandaan komt. Ik had echt onderschat dat het net zo moeilijk zou zijn om een tomatenkas in Nederland binnen te komen als een diamantmijn in Angola.’

Ook deze keer deed hij alles zelf: fotograferen, filmen, dronevliegen en zelfs het geluid:‘Niet per se omdat ik dat niet wil, maar ik word gewoon nooit gevraagd. Misschien denken mensen dat ik te duur ben,’ grapt hij.

Meer zien van Kadir van Lohuizen?

 Volg hem op Instagram via @kadirvanlohuizen
 Bestel zijn boek Food for Thought via shop.noorimages.com
 Bekijk zijn werk op noorimages.com/kadir-van-lohuizen

Wil je leren hoe je verhalen met beeld vertelt? Laat je dan inspireren door Kadir. Zijn foto's laten zien dat fotografie de kracht heeft om de waarheid bloot te leggen – zelfs als die confronterend is.

Kadir van Lohuizen

(zelfportret Kadir van Lohuizen)

afbeelding van Remco de Reus

Redactie digifoto Starter | Redacteur

Bekijk alle artikelen van Redactie