Licht is alles! Deel 2

In deel 1 van deze serie hebben we het gehad over natuurlijk licht. In dit deel gaan we het hebben over kunstmatig licht en het aanwezige licht als je binnen fotografeert. Ook hebben we het over de invloed van de richting van het licht.

Gebruik vensters

Overdags is de beste lichtbron het aanwezige daglicht buiten wat door de ramen naar binnen valt. Als je het goed gebruikt krijgen je portretten of stillevens een mooi sfeertje. Het licht kan vanaf de zijkant op je onderwerp vallen, waardoor er een mooie diepte en schaduwen ontstaan. Maar wanneer je je onderwerp direct voor het raam plaatst, kun je bijzondere silhouetten fotograferen. Door het licht wat op en door de haren en de kleren valt, creëer je een dromerige sfeer.

Kunstmatig licht

Als het natuurlijke licht niet meer voldoende is om te fotograferen, zullen we kunstlicht moeten gebruiken. En hier is in principe alles voor te gebruiken: zaklampen, kaarsen, lantaarnpalen, bureaulampen en zelfs je IPhone.
Kunstmatig licht heeft altijd een bepaalde kleur, van oranje tot koel blauw. Soms kan dit extra sfeer geven aan je foto, maar als je een meer neutralere kleur in je beeld wilt, moet je de witbalans in de camera aanpassen. Werken met kunstlicht is over het algemeen lastiger dan met natuurlijk licht. Experimenteer met diverse lichtopstellingen en oefen vooral veel.

Belichten vanaf de voorkant

Nu je weet van de verschillende soorten licht, moet je je bewust worden van de invloed van dat licht op je foto en dan met name de richting waarin het licht op je onderwerp valt. Het licht kan in principe van alle kanten komen, maar we behandelen hier alleen belichting van de voor-, achter-, en zijkant.
Bij belichting van de voorkant wordt je voorwerp of model op een egale manier volledig belicht. Houdt er wel rekening mee dat een felle lamp recht in de ogen van je model er voor zal zorgen dat hij of zij de ogen dicht zal knijpen. Misschien is het dan beter om de lichtbron iets verder weg te zetten.

Belichten vanaf de achterkant

Bij belichting vanaf de achterkant van het model of voorwerp ben jij degene die als fotograaf recht in het licht kijkt. Dat is erg slecht voor je lens. Je moet er dus voor zorgen dat je hoofdonderwerp tussen jou en de lichtbron in staat. Hierdoor krijg je prachtige silhouetten. Hiervoor heb je dus wel een heel sterke lichtbron nodig, zoals b.v. de zon. Zorg er voor dat je je belichting aanpast op het lichtste deel in de scene, hierdoor zal je hoofdonderwerp een donker silhouet tegen een lichtere achtergrond worden. Om er voor te zorgen dat er een soort aura van licht rond je hoofdonderwerp ontstaat, maken we gebruik van 'dezelfde techniek als om een lens flare weer te geven. Verdraai je hoek ten opzichte van je lichtbron en je onderwerp tot je een mooie flare van licht hebt.

Belichten vanaf de zijkant

Bij belichting vanaf de zijkant zal het gedeelte wat het dichtst bij de lichtbron is helder zijn, het andere gedeelte zal donker worden. Bij portretten zorgt dit voor diepte en geeft het een extra dimensie aan je foto. Een makkelijke manier om dit te creëren is om je model dicht bij een raam te plaatsen, waarbij deze het natuurlijke licht vangt. Deze manier van belichten zorgt voor een beetje mysterieus beeld, de kijker zal zich afvragen wat er zich precies afspeelt in de schaduw. Belichting van de zijkant levert interessante foto's op.

We hopen dat je aan de slag gaat met onze tips. Het resultaat zien we graag terug in onze lezersgallery. Net als deze foto van Amanda van den Berg, gemaakt met tegenlicht in de avond.
Dit was deel 2 van onze serie over licht. In deel 1 kun je lezen over de natuurlijke lichtomstandigheden.