Kelvinwaardes bij witbalans: Hoe zit dat?

De grootste taak die witbalans heeft, is dat je beeld niet enorm rood, blauw of geel wordt. Bij de meeste camera’s kan je de witbalans instellen zoals je zelf wilt. Als handigheidje heeft de camera zelfs nog een paar voorinstellingen: zonlicht, flitslicht, bewolkt, ga zo maar door.

Maar wat nou als je een bepaalde sfeer in je foto wilt creëren zonder dat je daar eerst Photoshop voor moet gaan openen? Gelukkig heeft bijna iedere camera wel een optie  ‘Custom’. Bij die optie kan je witbalans zelf instellen. Dit doe je aan de hand van kelvinwaardes (K), ook wel kleurtemperatuur genoemd. Deze kelvinwaardes lopen van 1000 tot 10.000 en kunnen de sfeer van je foto bepalen.

Wanneer gebruik je een hoog of laag getal?

In de meeste gevallen probeer je het beeld minder geel of blauw te maken. Als je bij kaarslicht fotografeert, betekent het al snel dat je beeld geel kan uitslaan. Om dit te voorkomen kan je de kelvinwaarde op 1500K zetten.
Bij helderblauwe lucht, zal je foto enorm blauw worden. In dat geval zet je de kelvinwaarde op 10.000K

Hieronder een tabel dat je op weg kan helpen:

Joshua Cripps legt het nog eens uit met behulp van beeld.